Je bent mijn moeder niet?

“Waarom krijg ik toch zo’n jeuk van mijn collega?” vroeg de coach cliënt aan mij.

“Ze hoeft maar iets te doen of te zeggen en er is al weerstand bij mij. Eigenlijk is het niet eerlijk maar ik kan het gewoon niet helpen. Waarom doet ze het dan ook niet anders, dat werkt veel beter bij mij”

We kennen het allemaal wel, met de ene collega, of vriend of clubgenoot kun je prima opschieten, soms heb je aan een half woord genoeg, je begrijpt elkaar, gaat voor hetzelfde doel, of zoiets.
En er zijn van die mensen, hoe zal ik het zeggen, het maakt niet uit wat ze doen, het is nooit goed. Alleen het denken eraan, geeft je al jeuk, laat de nekharen overeind staan, het klamme zweet in je handen. Je ziet ze liever gaan dan komen.
Met verbazing zie je dat anderen wel met hem of haar overweg kunnen, dat ze zelfs samen kunnen lachen. Hoe kun je daar nou mee lachen?

“Dan komt de bitch in me los”

En zo was het ook met mijn coach cliënt. Ze had een vrouwelijke collega waar ze steeds tegen aan liep. In haar team zat een vrouwelijke medewerkster die steeds het bloed onder haar nagel weghaalde, tenminste, zo voelde het. Vroeger had ze daar snel korte metten mee gemaakt. Gewoon zeggen waar het op staat en anders kan ze vertrekken. “Dan komt de bitch in me los” noemt ze dat. Maar ja, dat hielp eigenlijk ook niet want er was altijd weer iemand anders die dan het stokje over nam. Het gevolg was dat ze onzekerder werd over zichzelf, minder plezier had in haar werk als leidinggevende en eigenlijk steeds minder duidelijk haar plek innam waardoor er nog meer onrust op de werkvloer ontstond.

Maar hoe komt dat eigenlijk, dat we soms zo de kriebels kunnen krijgen bij bepaalde personen of situaties? Wat triggert ons om dan “de bitch” te laten zien, om gedrag te tonen waar we later spijt van hebben?

Onbewuste sturing

Ons onbewuste slaat indrukwekkende gebeurtenissen ander op dan niets zeggende gebeurtenissen. Hoe meer emotie we bij een gebeurtenis ervaren, meer intensiteit dus, hoe beter de gebeurtenis blijft hangen. En herhaling versterkt dit alleen maar.

Dat geldt voor de leuke gebeurtenissen en ook minder leuke. Een zeer intense negatieve gebeurtenis of een opeenstapeling ervan, kan een trauma creëren.

Natuurlijk kennen we de voorbeelden van ernstige ongevallen die een trauma veroorzaken. Heftige en intense emoties zorgen ervoor dat de gebeurtenis vast komt te zitten in ons lijf en dat we de volgende keer anders reageren. Eigenlijk wel heel slim van ons lijf want zo beschermt het ons. En het kan ook tegen ons gaan werken.

Overlevingsdelen

Want als je ouders, begeleiders of leraren je, in je jonge jaren, steeds vertellen dat je het fout doet, als ze je creaties, tekeningen, bouwwerken of wat je ook gemaakt hebt, afkeurden of weggooien omdat zij het niet goed genoeg vinden, dan ontstaat er ook een trauma en ook een beschermingsdeel (of overlevingsdeel).  Dat overlevingsdeel schermt een deel van ons af, veilig en efficiënt. Zodat het ons niet meer kan raken, als klein kind. We kruipen weg in een hoekje, negeren wat er gebeurt, we gaan slaan of stapvoeten of we worden stil, bevriezen soms helemaal, weg bij de emotie.

Als kind is dat misschien nog wel effectief maar niet meer als volwassene.

En zo was het ook met de leidinggevende. “Wie denkt ze wel niet wie ze is. Ze is mijn moeder niet” zei ze met een trillende stem. Daar had ze zeker gelijk in, alleen vergiste haar onbewuste zich nog daarin. Die was blijven hangen in het verleden, in het kleine kind en nam de sturing over waardoor de bitch naar boven kwam. Een klein meisje in een volwassen lijf die het liefste wilde slaan, schoppen en krabben. Omdat het kleine meisje het nog niet in woorden kon bevatten.

Voorkomen en genezen

Maar de volwassen vrouw kan dat ondertussen wel, als ze de emotie herkent, het kleine meisje een aai over de bol kan geven en kan zeggen. “Dank je wel, dit kan ik zelf heel goed oplossen”

Te vaak laten we ons leiden door onze jongere ik. Het getraumatiseerde kind die toen niet wist hoe ze met gewone dingen om moest gaan. Het kind waar de grote boze wereld nog te bedreigend voor was. We mogen gewoon als volwassene naar de situatie kijken en ook als volwassene het regelen. Wat mooi als we dan, tegen dat kleine kind in ons, kunnen zeggen:

Dank je wel, ik ben nu volwassen. Dit kan ik zelf heel goed regelen”

 

En te vaak realiseren we ons als ouders, opa’s, oma’s of als leerkrachten niet wat de impact is van onze woorden of daden. Hoe kinderen de wereld nog zo anders beleven waardoor een simpele grap, een beweging, een woord, een uitsluiting, zulke grote gevolgen kunnen hebben.

Na een mooie interventie ging mijn cliënt met nieuw inzichten, meer zelfvertrouwen en meer volwassen de deur uit. Klaar voor het gesprek tussen twee volwassen vrouwen.

 

Recommended Posts

Start typing and press Enter to search