Let niet op de criticus, die zelf niet in de arena durft te staan.

Ik denk dat het ongeveer 10 jaar gelden is, dat ik samen met een vriend op het dakterras van Hotel La Colombina zat. Het is nog warm en aangenaam. Met een koel glas bier genieten we na van onze motorrit op La Gomera. We bespreken veel met elkaar, onze relaties , ons werk, onze herinneringen samen en onze toekomst.

Hij vertelt me over zijn uitdagingen in zijn bedrijf. Hij heeft zeven mensen in dienst en worstelt met zijn bedrijf. Ik geef hem wijze adviezen over zijn bedrijf. Ik ben per slot van rekening senior-adviseur voor mijn beroep en heb al veel gezien bij andere organisaties. Dus ik weet wat goed voor hem is.

Nadat hij mijn verhaal heeft aangehoord zegt hij “Dat is aardig van je Michel, dat je me adviezen geeft, en misschien moet je eerst zelf eens ondernemer worden, dan snap je beter waar ik het over heb”

Ik was de criticus die zelf niet in de arena durft te staan.

Het was niet zijn advies wat ervoor gezorgd heeft dat ik, ruim 6 jaar geleden, ontslag heb genomen en een eigen bedrijf ben gestart maar die stap heeft me wel laten inzien dat hij gelijk heeft.

Het is zo makkelijk om vanaf de zijlijn kritiek uit te oefenen. Om te vertellen hoe goed of slecht iemand het heeft gedaan, wat hij of zij beter had moeten doen of beter kan gaan doen. De meeste adviseurs zitten op de tribune. Van een afstand zien ze wat er goed en fout is en wat de coach er aan moet doen. Als het even kan geven ze ongezouten hun mening. Maar verder dan de tribune zijn ze nooit gekomen.

Ik zat ook op de tribune, terwijl mijn vriend vertelde over de wedstrijd die hij speelde.

Afgelopen week kwam ik deze tekst tegen van Theodore Roosevelt. Het komt uit zijn toespraak op 23 april 1910. Ja, ruim een eeuw geleden.

Het gaat over het leven vanaf de tribune of de zijlijn. En meteen moet ik aan ons gesprek denken op het dakterras, 10 jaar geleden. Of aan artiesten die hun stinkende best doen op het podium, Ondernemers die hun bedrijf overeind willen houden, En al die avonturiers die het leven ten volle nemen. Want er is altijd wel iemand die er iets van vindt.

Theodore Roosevelt:

“De zieligste manier om het leven onder ogen te zien,
is het met een sneer onder ogen te zien.

Een cynische gewoonte van denken en spreken.
De bereidheid om kritiek te leveren op werk,
die de criticus zelf nooit probeert uit te voeren,

een intellectuele afstandelijkheid,
die geen contact accepteert met de realiteit van het leven.

dit zijn allemaal kenmerken,
niet van superioriteit maar van zwakte.

Het is niet de criticus die telt;
niet de man die de sterke man erop wijst hoe hij struikelt,
of vertelt waar anderen het beter had kunnen doen.

De eer komt toe aan de man die daadwerkelijk in de arena staat,

wiens gezicht is besmeurd met stof, zweet en bloed;
die moedig strijdt;
wie zich vergist en wie keer op keer tekort komt.
omdat er geen inspanning is zonder fouten en tekortkomingen;
en wie er werkelijk naar steeft om de daden te doen;

wie grote enthousiasme kent en grote toewijding;
die een bijdrage levert aan een goede zaak;
die in het beste geval de triomf van grote prestaties kent,
en die in het slechtste geval, als hij faalt,
op zijn minst faalt terwijl hij enorm veel lef toont,

zodat zijn plaats nooit bij die koude en timide zielen zal zijn,
die noch de overwinning noch de nederlaag kennen .”

(Vrije vertaling: Michel Leussink)

 

 

Recent Posts

Start typing and press Enter to search